Schaven en schuren

In mijn vorige blog beschreef ik de zoektocht naar een redacteur. Gevonden in de persoon van Bianca Nederlof www.manuscriptredactie.nl. Nadat ik Bianca een hoofdstuk had toegezonden kreeg ik tientallen constructieve tips en opmerkingen in de kantlijn. Het beeld dat ik een aardig verhaal in goed Nederlands had opgeschreven en dat bovendien zinderend spannend was verliet mij al snel.

Maar vol goede moed ging ik aanvullen, aanpassen, las het boek hardop voor mijzelf voor, paste aan, herschreef, haalde alle stopwoorden er uit en zocht naar synoniemen om de tekst nog gevarieerder te maken. Heel leuk monnikenwerk dat een jaar duurde. Ik vond het een fantastisch boek geworden en vol vertrouwen stuurde ik het hele manuscript op.

In deze tweede ronde kreeg ik een overweldigende hoeveelheid commentaar. Bianca had een aantal alinea’s herschreven om mij te duiden hoe het ook zou kunnen. Daarnaast allerlei adviezen over spanningsbogen, perspectieven, vanuit een personage schrijven met doelstellingen en beweegredenen, dialogen, beschrijving van omgeving, woordvolgorde, afwisseling en show don’t tell. Ook commentaren per hoofdstuk en over de tijdlijn. En tenslotte nog de correcties zoals: in hoofdstuk 2 heeft hij een broer, in hoofdstuk 29 een zus. Een doorwrocht commentaar, heel opbouwend, maar de moed zonk mij in de schoenen. Ik kon helemaal opnieuw beginnen.

In een zoomsessie maakten Bianca en ik nader kennis en lichtte Bianca haar commentaar toe. Ze vond het een bijzonder interessant en actueel gegeven en ik hoefde zeker niet opnieuw te beginnen. Maar er waren nog wel wat aanpassingen te verrichten. Het leuke tijdens deze sessie was dat Bianca daarin over mijn personages sprak: ik zou Jean daar en daar iets meer zus en zo. En Kayleen kan nog wat steviger. En mijn reactie was: ‘he, grappig, ze zijn verzonnen, maar jij kent ze nu ook. ‘ Ze bestaan nu.

Ook na deze ronde was ik een jaar bezig. Ik kon het boek inmiddels uit mijn hoofd voordragen, maar de redacteur had volkomen gelijk met haar commentaar. In deze periode ging ik boeken van anderen ook anders lezen en het viel mij op dat veel boeken waarschijnlijk de toets van mijn redacteur niet doorstaan.

In de derde ronde was Bianca tevreden, maar ook nu weer drie A4’s met commentaar. En met alles was ik het eens. Huppakee, weer door het hele boek, weer hardop voorlezen met de tips in mijn achterhoofd. Weer heel veel wijzigingen.

En toen hoera was het commentaar: ‘ Ik heb nog wat kleine wijzigingen gemaakt en correcties in de punten, komma's en aanhalingstekens. In de kantlijn nog een of twee opmerkingen met een suggestie om iets aan te passen.’ Zou het dan eindelijk zo ver zijn?

Drie tips over zoeken naar redacteur.

1.     Vraag tenminste drie redacteuren om commentaar te leveren op een stuk van jouw tekst.

2.     Wees eerlijk naar jezelf. Kies die redacteur bij wie het goed voelt. Niet degene met het minste commentaar, maar met het commentaar dat goed voelt en bij jou past waardoor je het commentaar kunt accepteren en goed verwerken.

3.     Van grof naar fijn. Besteed niet teveel energie aan het correct maken van de tekst. Leg eerst het grove concept voor. Je kunt beter het grove concept aan een redacteur voorleggen en later je energie richten op het vervolmaken.